Engeland op een WK: slecht, slechter, slechtst

Door Cédric De Volder

De Engelsen zien zichzelf graag als de uitvinders van het voetbal. The Three Lions zijn dan ook het enige merk dat een verdeeld voetballandschap over het Kanaal kan doen samenklitten. Enig probleem: een WK-spook, daterend van 1966. Wanneer staat er eindelijk een nieuwe Bobby Charlton of Geoffrey Hurst op? 

Pas op, de Engelsen beschikken wel degelijk over de nodige kwaliteiten om een sterk elftal op de mat te leggen. Alleen lijken Wayne Rooney, Frank Lampard en Steven Gerrard te verstijven wanneer het op een groot toernooi ook effectief om de knikkers gaat. En dat deze keer tot groot jolijt van Costa Rica en Uruguay.

Het WK is simpelweg niet 'the place to be' voor The Three Lions. Sinds hun wereldtitel in 1966 - en dat was in eigen land nota bene - geraakten de withemden nooit verder dan een kwartfinale. Of nee, toch niet. In 1990 werd nog eens een vierde plaats behaald. Maar moet daar worden op geteerd in een land dat haar vaderlandse competitie als superieur ziet? Het antwoord is simpel: neen!