Interview «Bij Berchem voel ik me écht voetballer»

Steven Bologne
| 0 reacties
«Bij Berchem voel ik me écht voetballer»
Foto: © SC

Het voorbije seizoen ontpopte verdedigende middenvelder, Stefan Delalieux, zich bij Berchem tot één van de revelaties van het seizoen. Met 2302 minuten verscheen hij, op één speler na, het meeste op het voetbalveld. We nodigden deze sympathieke en immer altijd goedlachse jongeman uit voor een gesprek.  

«Bij Berchem voel ik me écht voetballer»

door Steven Bologne
 
Bij welke clubs heb je tot op heden gespeeld?
 
“Ik ben begonnen als duiveltje bij KFCO Wilrijk, als preminiem ben ik overgestapt naar Berchem. Bij Berchem speelde ik ondermeer met Kenny Thompson en Dennis Huygelen. Vervolgens volgde vier seizoenen Germinal Ekeren tot wanneer de fusie met Beerschot een feit werd, toen stapte ik over naar Antwerp. Bij de Great Old stootte ik door tot de reserven, maar zag toen weinig doorgroeimogelijkheden meer en verhuisde maar naar Wilrijk. Het noodlot sloeg daar toe, een hardnekkige schouderblessure hield me maar liefst bijna twee seizoenen aan de kant. Het spreekt voor zich dat ik hierdoor bij Wilrijk nooit mijn echte niveau heb kunnen halen. Nu speel ik dus terug bij Berchem Sport.”
 
Hoe voelt dat om zo’n lange tijd geen bal te mogen aanraken?
 
“Het was voor mij een nieuw gegeven want ik was nooit eerder echt geblesseerd, het deed dan ook dubbel zoveel pijn omdat ik met veel ambitie naar Wilrijk was overgestapt. Vervolgens heb ik de fout gemaakt om mijn blessure niet meteen te laten opereren, als voetballer wil je zo snel mogelijk terug op het plein staan. Het is vreselijk om in de tribune te moeten toezien; om dan nog niet te spreken over het feit dat je niet echt meer bij de groep hoort. Gewoon een zwarte periode waarvan eigenlijk elke sportman zou moeten gespaard blijven.”
 
Op welke plaats speel je, en wat is jouw favoriete plaats?
 
“Het voorbije seizoen kwam ik uit als verdedigende middenvelder, dat is ook mijn favoriete positie. Al van bij de preminiemen sta ik al op deze plek en voel me daar het meeste in men sas. Ik ben iemand die graag werkt op het voetbalplein, in functie van de ploeg dan, en op die positie komt dat het meest tot zijn recht.”
 
Vorig seizoen, voor je naar Berchem kwam, kreeg je in Wilrijk te horen dat je niet meer gewenst was. Hoe voelde dat?
 
“Niet gewenst is een groot woord, ze hebben het nooit met zoveel woorden gezegd. De concurrentie was zo groot dat ik het gevoel kreeg dat ze geen rekening met me hadden gehouden om met het nieuwe seizoen te starten. Ik voelde mij een beetje het 100ste wiel aan de wagen (lacht). De nieuwe trainer had ook alle andere spelers zien spelen en over mij kon hij geen oordeel vellen want ik zat geblesseerd in de tribune. Na een eerlijk en open gesprek heb ik dan besloten om Wilrijk te verlaten.”
 
“Op dat ogenblik kreeg ik aanbiedingen van ploegen uit eerste en tweede provinciale, maar ik wou voor mezelf de lat toch nog iets hoger leggen. Ik heb dan ook een gesprek met Urbain Spaenhoven gehad, de trainer van Wilrijk die op dat ogenblik naar Berchem trok, hij geloofde blijkbaar nog wel in mij. Na een gesprek met hem heb ik er dan ook voor gekozen om naar Berchem te gaan, toch een hele uitdaging.”
 
Van het zoveelste wiel op de wagen naar één van de revelaties van het seizoen, hoe kijk je terug op het voorbije seizoen?
 
“Ja dit had ik natuurlijk nooit durven dromen, ik kwam naar Berchem met de ambitie om me tussen de 15 te werken, en zo misschien in de loop van het seizoen een basisplaats te bemachtigen. Als je dan vanaf de eerste bekerwedstrijd je kans krijgt, geeft je dat zoveel vertrouwen dat ik eigenlijk terug in mezelf ben gaan geloven en dat resulteerde in een prachtig seizoen voor mij.”
 
“Op de officiële website las ik dat ik de 2de speler was die het meeste aantal minuten speelde, daar had niemand een euro op durven zetten. Wat me nog het meest gelukkig heeft gemaakt tijdens het voorbije seizoen, is hetgeen we met deze groep gepresteerd hebben, 3de op 5 punten van de kampioen en thuis 1 keer verloren, prachtig gewoon! Als je dan zelf iets kan bijdragen in zo’n goed seizoen, is het eens zo leuk.”
 
Je vertelde onlangs dat je jezelf in Berchem pas echt voetballer voelt, wat bedoel je daarmee? 
 
“Ja dat is eigenlijk heel simpel uit te leggen. Vooral door mijn blessure heb ik me twee jaar niet echt voetballer gevoeld, als je dan in zo’n geweldige club als Berchem terecht komt dan komt dat gevoel meteen terug. De club, het stadion, de supporters, heel die entourage maakt deze club en dat gevoel o zo groot.”
 
“De eerste training bijvoorbeeld, dan stonden er heel wat supporters te kijken. Vergelijk zoiets eens met een andere vierdeklasser, je zal het niet gauw tegenkomen, dit had ik echt nog nooit meegemaakt. Dan de eerste oefenwedstrijd tegen GBA voor een lekker gevuld stadion, en in Oostende voor een ‘oefenmatchke’ een hele bus supporters mee, ongelooflijk gewoon.”
 
Met welke ingesteldheid begint Delalieux straks aan het nieuwe seizoen?
 
“Het klinkt cliché, maar bevestigen is in deze sport nog altijd het belangrijkste. Ik zal zoals altijd tot het uiterste gaan, en met de ervaring die ik het voorbije seizoen heb opgedaan hoop ik stiekem om mijn prestaties te verbeteren. Ik probeer voor mezelf de lat toch altijd iets hoger te leggen.”
 
Berchem heeft ambities komend seizoen, is de ploeg daarvoor voldoende gewapend denk je?
 
“Dat denk ik wel, al is het nog even afwachten wat er in de voorlinie bijkomt. De defensie en het middenveld zitten goed, zelfs meer dan dat denk ik. Alleen voorin, … met Van de Zande, Schipper, Mewis en John Kanu verliezen we erg veel scorend vermogen. Als dat degelijk vervangen wordt, dan zijn we echt wel versterkt.”
 
De nieuwe reeksindeling oogt bijzonder zwaar, hoe denk jij erover?
 
“Ja 4e klasse B is blijkbaar al jaren zo’n zware reeks, vooral omdat alle ploegen steeds aan elkaar gewaagd zijn. Als je de reeks nu bekijkt lijkt het wel de reeks der doods. Maar het seizoen kan er alleen maar leuker en spannender door worden. We hebben enkel leuke affiches met Schoten, Rupel Boom, Bornem en Aalst, dat zijn wedstrijden waar het Rooi op zijn grondvesten moet daveren. En de moeilijke uitmatchen naar Opwijk, Opstal, Lebbeke Aalst, Ukkel, … daar moeten we onze supporters proberen meer te geven als vorig seizoen!”
 
Je sprak er daarnet al wat over, maar wat vind je zo knap aan deze club?
 
“Verschillende zaken eigenlijk, ik denk dan aan onze toffe groep die we hadden vorig seizoen en die grotendeels toch bij elkaar blijft. De goede trainerstaf en bestuursleden, en dan mag ik zeker al die vrijwilligers niet vergeten die ons echt in de beste omstandigheden laten voetballen. En dan uiteraard de supporters die je elke match, eender waar we spelen, met een groot aantal komen steunen. Om het met één woord te zeggen, ‘alles’.”
 
Wat zijn jouw ambities, wat wil je nog bereiken?
 
“Ik wil zo hoog mogelijk voetballen, het maximum uit mezelf halen. Hoever en hoeveel dat is, dat zal de toekomst uitwijzen. Hopelijk vloeien de ambities voor mezelf en die van Berchem in elkaar, dat zou ‘af’ zijn.”
 
Wat doe je zoal in je vrije tijd, en studeer je nog?
 
“Ja ik studeer nog, meerbepaald voor Maatschappelijk Assistent. In mijn vrije tijd kijk ik heel veel naar voetbal, verder zijn wielrennen en tennis mijn andere hobby’s. En om af te sluiten, uiteraard gezellig samen zijn met mijn vriendinnetje.”
 
Bedankt voor dit leuke gesprek en veel succes het komende seizoen.
    
Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

3e amateurliga B

Nieuwste reacties