Interview «Als het aan mij ligt, vertrek ik hier niet zo snel»

Steven Bologne
| 0 reacties
«Als het aan mij ligt, vertrek ik hier niet zo snel»
Foto: © SC

Volg Voetbalkrant nu via WhatsApp!

Geoffrey Peytier stapte vorig seizoen over van KV Mechelen naar Berchem, maar zag door een zware blessure zijn ganse seizoen in rook opgaan. Ondanks de blessure bleef Peytier nauw bij de club betrokken. We vroegen ons af hoe het hem nu verging en zochten hem op.
 
«Als het aan mij ligt, vertrek ik hier niet zo snel»
 
door Steven Bologne
 
Bij welke clubs heb je allemaal al gespeeld?
 
“Ik ben begonnen bij Eendracht Opstal, daar heb ik gespeeld tot de eerstejaars scholieren. Als tweedejaars scholier voetbalde ik bij Sint-Niklaas en dan volgde KV Mechelen waar ik van de Uefa-juniors tot in de A-kern ben doorgestoten. Na enkele seizoenen KVM ben ik heel even overgestapt naar Antwerp, maar na één seizoen stond ik alweer paraat Achter de Kazerne. En sinds vorig seizoen dus Berchem Sport.”
 
Van welke clubs heb je de mooiste herinnering?
 
“De mooiste herinnering(en) heb ik voorlopig aan KV Mechelen. De club die mij de kans geboden heeft om profvoetballer te worden en waar ik tot nu toe absoluut de mooiste momenten heb meegemaakt. Eerst kampioen in tweede en nadien nogmaals kampioen spelen in derde. En dit dan mogen beleven met een aantal spelers die je al zolang kent, dat ze bijna familie zijn. Dat zijn waarschijnlijk zowat de mooiste, daarnaast heb ik nog heel wat momenten meegemaakt die ik nooit zal vergeten zoals de  stages in het buitenland, mijn eerste wedstrijd in eerste klasse,de teambuildings, het zijn er gewoon teveel om op te noemen.”
 
Je hebt in je periode met Antwerp dé derby meegemaakt, ook in KV Mechelen speelde je dé derby. Zijn zo’n wedstrijden specialer dan de anderen voor jou?
 
“Dat soort wedstrijden hebben zeker iets meer dan een andere. Je voelt dat die wedstrijden ook leven bij de man in de straat. Zeker de derby’s in Mechelen heb ik heel intensief ‘beleefd’.  Ik heb daar ook het grootste deel van mijn carrière gevoetbald en ken er heel wat mensen. Dat maakt dat je in de aanloop naar zo’n derby bijna dagelijks geconfronteerd wordt met mensen die je aanklampen met vragen over ‘dé match’. Automatisch ga je daar in mee en dan is het de zaak om, eens het moment aangebroken, de opgebouwde spanning op de juiste manier om te zetten in prestaties wat niet altijd even makkelijk is omdat de emoties al eens hoog durven oplaaien. Ik durf bekennen dat ik tijdens die wedstrijden al eens op de tanden moest bijten om niet over de schreef te gaan, maar ja, dat zal wel menselijk zijn zeker? (lacht)”
 
Je kreeg bij KV Mechelen na de derby op Racing bijna een standbeeld, hoe kwam dat?
 
“Tja, de vlag ... . Iets dat in Mechelen niet zo snel vergeten zal worden denk ik (lacht). Na de laatste derby, op Racing,(die we natuurlijk winnend afsloten) kwamen we terug het veld op om onze supporters te groeten. Tijdens het groeten zag ik een supporter staan zwaaien met een vlag van KV, ik liep er heen, nam de vlag en plantte die naast de zijlijn. Meteen steeg er een luid gejuich op en dat bracht mij op een nog beter idee, ik nam de vlag terug mee en plantte ze recht in de middenstip! Vanaf dan vonden ze me langs Racing kant blijkbaar ni zo nen toffe (lacht). De kakkers daarentegen vonden het geweldig, Racing kloppen in eigen huis en dan ook nog het veld omdopen tot eigendom van de kakkers ... het had wel iets.”
 
Waarom zette je vorig seizoen een stapje terug, van KVM naar Berchem?
 
“Het was eerder een gedwongen stapje terug, ik denk dat Fi Van Hoof mij niet echt meer moest vanwege een aantal zaken die zijn gebeurd tijdens het anderhalf seizoen dat ik er was na mijn periode bij Antwerp. Zo hebben een aantal mensen binnen de club mij een tijdje verweten dat ik de ploeg wou boycotten, wie mij een beetje kent weet dat ik altijd en overal ga voor de overwinning, en in de kleedkamer altijd te vinden ben om er wat sfeer in te brengen. Gelukkig hebben Bert Dhondt en Patje Goots toen ingegrepen, zij zijn naar het bestuur gestapt en hebben  duidelijk gemaakt dat dat echt onzin was. Maar met Fi heeft het nooit echt geklikt, alleen heeft hij dat nooit toegegeven, hij beweerde zelfs over heel de zaak niets te weten, niets gehoord te hebben … vreemd voor een technisch directeur waarvan men verwacht van alles op de hoogte te zijn binnen een club.”
 
“Pas heel laat na het seizoen kreeg ik te horen dat er voor mij geen plaats meer was op KV. Heel wat mensen binnen de entourage  waren verontwaardigd maar blijkbaar durft er nog steeds niemand ingaan tegen wat Van Hoof beslist. Dus moest ik op zoek naar iets anders. Ik kon eventueel nog wat wachten en hopen om hoger op aan de slag te kunnen maar ik wou snel zekerheid. Ik kreeg telefoon van manager Marc Van Laere met de vraag of ik het zag zitten om naar Berchem te komen. Ik kende Berchem natuurlijk wel een beetje en wist ongeveer wat ik mocht verwachten op gebied van entourage, supporters, accommodatie,... . Toen ik ook nog hoorde wie en vooral wat voor trainer we gingen hebben was de keuze snel gemaakt. En ik heb nog geen enkel moment (ondanks de blessure) spijt gehad van die beslissing!”
 
Je speelde met KVM enkele seizoenen terug de laatste wedstrijd van het seizoen op Berchem, wat herinner je je nog van die partij?
 
“Wat ik mij nog herinner is de geweldige sfeer die dag, het mooie weer en het feit dat ik scoorde met het hoofd toen.”
 
Je hebt vorig seizoen nagenoeg het ganse seizoen gemist omwille van een blessure, toch bleef je nauw bij Berchem betrokken, hoe heb je deze periode ervaren?
 
“Als heel zwaar....Ik had echt gehoopt om vorig seizoen iets neer te zetten, ik kan niet ontkennen dat ik nog steeds met wat revanche gevoelens kampte ten opzichte van wat er daarvoor bij KVM gebeurd was. Als je dan zo lang machteloos moet toekijken is dat niet zo leuk natuurlijk. Ik heb mijn best gedaan om de jongens te helpen waar ik kon met wat raad en steun. Maar ik denk dat ze dat fantastisch gedaan hebben. Als je zo veel pech hebt zoals wij dat gehad hebben vorig seizoen en je draait dan nog zo lang mee voor en prijs, dan kan je eigenlijk alleen maar tevreden zijn”
 
Hoe verliep de revalidatie tot dusver, en ben je van je blessure verlost?
 
“De revalidatie verliep eigenlijk heel voorspoedig, alleen had ik gehoopt van wat voorsprong te kunnen nemen op het schema en van in het begin van de voorbereiding kunnen aan te pikken. Het ziet er naar uit dat het pas half augustus zal zijn dat ik volledig mee kan draaien. Dus dat is wel wat jammer, langs de andere kant is het toch belangrijk om heel rustig op te bouwen na zo’n zware blessure. Het seizoen is lang en het zou zonde zijn van terug te hervallen of verrekkingen of spierscheuren op te lopen door te vroeg te herbeginnen. Het is heel zwaar geweest, de revalidatie.”
 
“Ik heb heel wat pijn geleden en heb het af en toe mentaal wel zwaar gehad, vandaar ook dat ik het zeker wil vermijden om het genezingsproces te rekken door onbehoedzaam te werk te gaan. Ik volg volledig het schema wat ze mij op leggen en ik denk dat dokter Maerschalk ondertussen toch al wel bewezen heeft om mensen terug op niveau te kunnen brengen. Van in het begin heb ik de garantie gekregen dat ik er terug zou staan maar dat het tijd zou vragen. Enfin, het einde van de tunnel is in zicht en daar ben ik niet rouwig om!”
 
Vorig seizoen greep Berchem naast promotie, zit dat er dit seizoen in?
 
“Als je ziet dat we vorig jaar lang meededen voor een prijs, dan zou dat dit jaar ook moeten lukken. Alleen is het wel zo dat er toch een aantal ploegen bijkomen die absoluut nog meer favoriet zijn dan Berchem. Als je kijkt naar wat Bornem op dit ogenblik doet tegen eersteklassers, dat is toch al een indicatie. Verder is er nog Boom en Aalst en de ploegen van vorig jaar zullen er zeker ook niet op verzwakt zijn. Ik denk dat het een goeie zaak is dat er na het vertrek van Tom Schipper en Werner Van de Zande weer wat ervaring bijkomt, in de persoon van Dirk Huysmans, Wim Walschaerts en Kevin Pinson. Ervaring blijkt in vierde klasse toch wel vrij belangrijk te zijn. Verder reken ik op de bevestiging van een aantal jongens die vorig jaar al wat laten zien hebben en die nu nog meer een bepalende rol zouden moeten kunnen spelen.”
 
“Het enige wat we wel nog missen op dit moment  is natuurlijk de invulling van ons aanvallend compartiment, naast Zigi (die absoluut een aanwinst is denk ik) en Mathieu hebben we vooraan toch nog wel iets nodig naar mijn gevoel want een seizoen in vierde is heel zwaar en slopend, dat hebben we vorig jaar wel gemerkt. Hopelijk komt daar heel snel verandering in want het is toch belangrijk denk ik dat je snel in de voorbereiding dingen kunt uitproberen en de nieuwe jongens de kans moet kunnen geven om zich wat in te werken. Eens dat is ingevuld denk ik dat we in de rol van underdog een heel leuk seizoen tegemoet gaan. Het zal belangrijk zijn om snel terug een groepsgevoel te creëren zoals we dat vorig jaar gedaan hebben, onze trainer is daar een meester in dus ik denk wel dat dat zal lukken. Samen met onze schare trouwe supporters moeten we er in slagen om een geweldige sfeer te creëren op én rond het veld, mijn ervaring leert mij dat dat zeker bijdraagt in het behalen van successen.”
 
Je ploegmaats hebben veel bewondering voor jou en je ervaring, met jou erbij  hadden we vorig seizoen prijs gepakt zeggen ze, wat doen zo’n uitspraken jou?
 
“Het is natuurlijk leuk te horen dat je ploegmaats respect hebben voor wat je doet en voor wie je bent. Vanwege het feit dat je in het verleden wat op niveau gespeeld hebt is het altijd iets makkelijker om respect af te dwingen in het begin, maar dat is geen garantie dat je dat ook behoudt gedurende het seizoen. Het is gewoon zo dat dat iets is dat langs twee kanten moet werken, als je zelf respect hebt voor wat anderen doen dan krijg je dat ook makkelijker terug. Nu of het zo is dat we een prijs zouden gepakt hebben met mij er bij is iets waar je nooit een antwoord op kan krijgen, daar kan je over speculeren maar daar blijft het bij. De gasten die er stonden vorig jaar hebben het naar mijn mening stuk voor stuk fantastisch gedaan en verdienen dan ook alle lof. Dat we geen prijs gepakt hebben heeft met heel wat meer tegenslagen te maken dan met mijn blessure alleen.”
 
Is Berchem een fijne club om voor te spelen? Zo ja waarom?
 
“Tuurlijk is Berchem een fijne club om voor te spelen!! De reden? Om te beginnen is het altijd leuk om voor een club te spelen met een rijk verleden. Dat betekend dat die club toch wat meer gevolgd wordt door de gemiddelde voetballiefhebber. Verder is het ook zo dat we een grote, fanatieke en vooral trouwe  supportersschare hebben, ook op verplaatsing spelen we vaak gewoon thuis. Ook qua accommodatie mogen we absoluut niet klagen, denk als je die van veel andere 4e en zelfs 3e klassers bekijkt, dat we er met kop en schouder bovenuit steken. Voorts is Berchem een club die heel wat ambitie heeft en het blijft leuker om voor een ambitieuze club te spelen dan voor een grijze middenmotor.”
 
“Eigenlijk maakt dat alles dat de algemene sfeer die op den ‘Barchoem’ hangt mij vaak doet terug denken aan de sfeer op KV. Eigenlijk is die dezelfde, alleen heb je op KV natuurlijk de massa. Echt, als het van mij afhangt zal ik hier niet zo snel meer verrekken.”
 
Wat zijn je ambities nog in je verdere carrière?
 
“Mijn ambities liggen hoger dan 4e, dat staat vast. En dan het liefst met Berchem. Ik hou er niet van om ‘gewoon wat te voetballen’. Ik moet een doel hebben, en dat doel is hoger op voetballen. Alleen zal dat niet ten koste van alles zijn. Ik voel mij hier goed en zoals eerder gezegd zal ik niet zo snel vertrekken, .dus hoop ik dat we er in slagen om met Berchem een trapje hoger te klimmen op termijn. Is dat dit seizoen al dan zou dat natuurlijk heel leuk zijn maar ik denk dat het niet makkelijk zal worden gezien de concurrentie.”
 
Bedankt Geoffrey en veel succes nog met je revalidatie en Berchem dit seizoen.
    
Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

3e amateurliga B

Nieuwste reacties