Analyse 'Het woord 'onafwendbaar' is stilaan van toepassing bij Cercle Brugge in de degradatiestrijd'

Voor de negentiende keer al op 24 wedstrijden bleef Cercle Brugge met lege handen achter na een competitiewedstrijd. Niet dat ze in die 19 wedstrijden volledig gedomineerd werden, integendeel. Soms waren ze zelfs de betere ploeg, maar er lijkt dit seizoen simpelweg een aura van onvermogen boven de club te hangen.

Gemiste kansen

Een onvermogen om matchen naar zich toe te trekken, om momenten te kiezen en zelfs om te winnen. Zaterdag ook weer, toen Kevin Hoggas zijn strafschop in de slotfase gered zag worden door Ortwin De Wolf. Tegen Anderlecht werd een 1-0 voorsprong kinderlijk gemakkelijk te grabbel gegooid en tegen Antwerp kon het een 1-0 voorsprong tegen tien man ook al niet succesvol verdedigen.

In de drie eerste matchen van 2020 werd er dus niet geoogst door de Vereniging, terwijl Oostende en Waasland-Beveren allebei drie punten pakten. De verschillen bedragen nu respectievelijk tien en negen punten. Redelijk onoverbrugbaar dus, zeker als er nog maar achttien punten te verdienen zijn.

Bernd Storck heeft zijn ploeg dan wel beter laten voetballen, maar met 8 op 42 kan je niet van een succes spreken. Mathematisch heeft Cercle nog een strohalm om zich aan op te trekken, maar een ploeg die 3 keer op 24 matchen wist te winnen gaat niet plots 4 matchen op 6 weken winnen. Het woord ‘onafwendbaar’ is dus stilaan van toepassing bij de Vereniging.