Belgische stadionnamen

Philippe Crols
| 13 reacties
Belgische stadionnamen
Foto: © SC

In België is er niet echt een trend wat betreft de namen van de verschillende stadions. De ene club gaf zijn thuishaven de naam van een belangrijke persoon uit de clubgeschiedenis, de andere verkocht zijn stadionnaam dan weer. Een overzicht

Constant Vanden Stockstadion (Anderlecht): Het stadion van Anderlecht draagt sinds 1983 de naam van Constant Vanden Stock, de overleden voorzitter van de club en ook een van de belangrijkste mensen uit de clubgeschiedenis. Vooraleer het stadion zijn naam kreeg, speelde paars-wit zijn thuiswedstrijden in het Astridpark. De huidige thuishaven van Anderlecht ligt namelijk in dat park en veel mensen noemen het Constant Vanden Stockstadion nog steeds Astridpark. 

Cristal Arena (Racing Genk): In het buitenland komt het vaak voor dat een club de naam van zijn stadion verkoopt. In België hebben we slechts twee eersteklassers die dat gedaan hebben. Genk is er eentje van. In 2007 werd het Fenixstadion vervangen door de Cristal Arena. Bierbrouwerij Alken-Maes is nog tot 1 juni 2012 zeker dat de naam van de pils als naam van het Genkstadion zal fungeren.


Daknamstadion (Lokeren): Daknam is een Lokerse deelgemeente en daar dankt het stadion van Sporting Lokeren zijn naam aan. In 1970 kwam het tot een fusie tussen Racing en Standaard Lokeren. Het stedelijk stadion in Daknam was op dat moment de beste keuze als nieuwe thuishaven.


Florent Beeckmanstadion (Dender): Florent Beeckman was een van de stichters van FC Denderleeuw. Dat was een van de clubs waaruit later het huidige FCV Dender EH zou ontstaan. Twee jaar na de dood van Beeckman werd het stadion in Denderleeuw omgedoopt tot Florent Beeckmanstadion.


Guldensporenstadion (KV Kortrijk): Waar de naam van het Kortrijkstadion vandaan komt, ligt voor de hand. De thuishaven van KVK dankt zijn naam aan de Guldensporenslag die op 11 juli 1302 in Kortrijk werd gehouden. De slag vond plaats op het Groeningheslagveld en was een strijd tussen de legers van het graafschap Vlaanderen en het leger van de koning van Frankrijk.


Jan Breydelstadion (Cercle en Club Brugge): Zowel Cercle als Club spelen hun thuismatchen in Jan Breydel. In 1998 werd het toenmalige Olympiastadion vervangen door het Jan Breydelstadion. Jan Breydel was een Brugse volksheld uit de veertiende eeuw. Het was Patrick Moenaert, de Brugse burgemeester, die destijds met het idee op de proppen kwam.


Jules Ottenstadion (AA Gent): Het stadion van AA Gent is vernoemd naar Jules Otten. Hij was een van de mensen die in het begin van de twintigste eeuw de Oost-Vlaamse club mee op de kaart zette. Het Ottenstadion werd op 22 augustus 1920 geopend door niemand minder dan kroonprins Leopold. Zoals u weet, verhuist AA Gent straks wel naar het Arteveldestadion.


Le Canonnier (Moeskroen): Voor zover wij weten, schuilt er achter de naam van het Moeskroenstadion niet meteen een grote geschiedenis. Als je het Franse ‘Canonnier’ naar het Nederlands vertaalt, krijg je ‘scherpschutter’.  


Olympisch Stadion (Germinal Beerschot): Het stadion van Germinal Beerschot wordt ook wel 'het Kiel' genoemd, maar dat is niet de officiële benaming ervan. Het Kiel is de wijk waar het stadion van de Antwerpse fusieclub ligt. De officiële naam van de thuishaven van Germinal Beerschot is echter Olympisch Stadion. Dat werd gebouwd ter gelegenheid van de Olympische Spelen in Antwerpen (1920).


Regenboogstadion (Zulte Waregem): Soms wordt er wel eens gezegd dat de fusieclub aan de Gaverbeek speelt. Dat komt omdat die stroom in de buurt van het stadion ligt, maar 'de Gaverbeek' is uiteraard niet de officiële naam van het stadion, het Regenboogstadion is dat wel. In 1957 werd het WK wielrennen op de weg in ons land georganiseerd. Waregem was toen de aankomstplaats. Rik Van Steenbergen veroverde er de regenboogtrui en daar dankt het stadion van Zulte Waregem zijn naam aan. Aanvankelijk was het Regenboostadion de thuishaven van KSV Waregem. Na de fusie met Zultse speelt Zulte Waregem er zijn thuiswedstrijden.


Schierveldestadion (Roeselare): Roeselare speelt zijn thuiswedstrijden in het Schierveldestadion. Dat stadion dankt zijn naam aan de gelijknamige wijk. Tot 1999 speelde SK Roeselare er zijn thuismatchen, nadien nam SV Roeselare er zijn intrek.


Stade Charles Tondreau (Bergen): Charles Tondreau was de kleinzoon van René Tondreau. Hij was op zijn beurt dan weer een van de personen die in het begin van de twintigste eeuw één grote club in Bergen op de been bracht.


Stade du Pays du Charleroi (Charleroi): Volgens ons volstaat, net als bij het stadion van Moeskroen, ook hier een vertaling als verklaring: Het stadion van het land van Charleroi. De naam veranderde ter gelegenheid van Euro 2000 van Mambourg naar Stade du Pays du Charleroi.


Stade Edmond Leburton (Tubeke): Het stadion van Tubeke dankt zijn naam aan Edmond Leburton, de laatste Franstalige premier van ons land. Hij was lid van de PSB en werd later nog minister van Staat. Hij overleed in 1997.


Stade Maurice Dufrasne (Standard): Wat niet al te veel mensen weten, is dat het stadion van Standard officieel niet Sclessin, maar wel Stade Maurice Dufrasne heet. Sclessin is de wijk waar het stadion ligt. Maurice Dufrasne was dan weer de vijfde voorzitter van Standard. Hij was ook de drijvende kracht achter de verhuis van Standard van Grivegnée naar Sclessin.


’t Kuipje (Westerlo): Achter de naam van het stadion van Westerlo zit, voor zover wij weten, geen echt verhaal. Wat we wel weten is dat de Kempense club als eerste de dranghekkens in het stadion weghaalde en dat het veld ook het grootste van de Jupiler Pro League is.


Veoliastadion (KV Mechelen): Het stadion van KV Mechelen zal altijd ‘Achter de Kazerne’ genoemd worden. Dat komt omdat er vroeger een kazerne achter het stadion gelegen was. De officiële naam van het stadion van KVM is echter Veoliastadion. Veolia is een Frans concern en is vooral actief in de sectoren water, afvalverwerking, energie en transport. Sinds 2007 siert de naam van dat bedrijf het stadion van de Belgische eersteklasser. Tussen 2003 en 2006 had de thuishaven van KVM al eens de naam van een sponsor: Scarlet. Daarmee was KV Mechelen de eerste Belgische club die zijn stadionnaam verkocht. Later volgde Racing Genk.


Morgen ... Duitse stadionnamen. 

Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

Jupiler Pro League

Nieuwste reacties