Deze vijf transfersoaps gingen Hazard vooraf

Diederik Geypen
Diederik Geypen
| 12 reacties
Deze vijf transfersoaps gingen Hazard vooraf
Foto: © SC

Aan de transfersoap rond Thorgan Hazard kwam gisteren eindelijk een einde. De middenvelder maakt het seizoen af bij Zulte Waregem. Voetbalkrant.com diepte nog vijf andere saga's op die ons Belgische voetbal de afgelopen tien jaar beheersten. Een korte bloemlezing.

Zomer 2005: Silvio Proto van La Louvière naar Anderlecht

De toen 22-jarige Silvio Proto was in 2005 grof wild op de transfermarkt. Onder bondscoach Aimé Anthuenis schopte de Italo-Belg van La Louvière het zelfs tot nationale doelman. Zijn toenmalige omstreden makelaar Pietro Allatta pakte uit met de interesse van ondermeer PSG, Chelsea en zelfs Barcelona. Met het oog op de Champions League duwde uiteindelijk Anderlecht het hardst door om Proto binnen te halen.

Zomer 2006: Steven Defour van Racing Genk naar Standard

Misschien de meest controversiële transfer van de laatste tien jaar. Het Genkse goudhaantje stond lang in de belangstelling van Ajax, maar voorzitter Jos Vaessen hield tot grote teleurstelling van de middenvelder het been stijf. Daarop dreigde de entourage van de 18-jarige Defour met de wet van 1978 (waarmee een speler zijn contract eenzijdig kan opzeggen mits betaling van een gelimiteerd bedrag) om een verhuis te forceren. Ajax ging hier niet op in, waarop Standard het gentlemen’s agreement aan zijn laars lapte en Defour naar de rivaal uit Luik trok. Vaessen voelde zich in de rug geschoten en stapte misnoegd op als voorzitter.

Zomer 2006: Koen Daerden van Racing Genk naar Club Brugge

Koen Daerden leek een jaar eerder lange tijd op weg naar Feyenoord, waar hij de vertrokken Bart Goor moest doen vergeten. Uiteindelijk vormde de gevraagde 4 miljoen een struikelblok voor de Rotterdammers en vatte de linkspoot het seizoen aan in Genk. Een jaar later barste de transfersoap rond de Limburger opnieuw los. Nieuwbakken sportdirecteur Marc Degryse haalde Daerden voor een recordbedrag van vier miljoen euro naar Brugge, nog steeds de duurste inkomende transfer uit de clubgeschiedenis.

Zomer 2007: François Sterchele van Germinal Beerschot naar Club Brugge

Vlak voor zijn vakantie reed Sterchele in een Rolls-Royce naar het Astridpark om zijn handtekening onder een vierjarig contract te zetten. De aanvaller schermde met plots met interesse van een andere club en verhoogde prompt zijn looneisen, waarop de deal afsprong. Al snel werd duidelijk dat Standard de club was die roet in het eten gooide. De Luikenaars versierden een voorakkoord met de Beerschot-spits, maar finaal visten ook zij achter het net. Club Brugge ging als lachende derde met de centrumspits aan de haal.

Zomer 2013: Lucas Biglia van Anderlecht naar Lazio

In 2006 streek El Principito neer in het Astridpark, waar hij snel de chouchou van het paars-witte publiek werd. Twee seizoenen later groeide bij de Argentijn voor het eerst een verlangen naar het buitenland, waarna zijn naam elke transferperiode over de tongen zou rollen. Het jammerlijke overlijden van zijn vader, een ontwrichte schouder en een lucratieve contractverlenging hielden hem telkens in Brussel. Zelfs een Italiaans paspoort kon de deur naar het buitenland niet openbeuken, mede omdat de twijfels omtrent zijn rendement steeds luider klonken. Aan het einde van een paars-witte cyclus had de Argentijn deze zomer eindelijk zijn gedroomde transfer op zak.

Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

Jupiler Pro League

Nieuwste reacties