Blessurepreventie bij Club Brugge

Met het aantrekken van conditietrainer Jan Van Winckel wil Club Brugge dit seizoen een kleinere blessurelast. In Sport/Voetbalmagazine legt Van Winckel uit waar de preventie precies om gaat.

Vorig seizoen kende Club Brugge een ongelukkig seizoen, ook qua blessurelast. Onder andere Valgaeren, Blondel, Butina, Clement, Ishiaku, Lange en Klukowski liepen langdurige blessures op. Deze zomer trok Club Jan Van Winckel aan om daar iets aan te doen. Hij werkte onder andere al voor Al-Hilal en KV Mechelen. 

Een geblesseerde speler betekent economisch gezien een financieel verlies voor de club. Daarom wordt er vanaf nu een databank opgesteld met alle resultaten en trainingsinformatie van elke speler. Uiteindelijk is het de bedoeling dat die resultaten geïnterpreteerd worden en dat er verbanden gelegd worden om aan blessurepreventie te doen. 

Van Winckel geeft ook een concreet voorbeeld. Bij een voetballer zijn de quadriceps bijvoorbeeld sterk ontwikkeld. De hamstrings werken dan weer tegengesteld om de beweging van de quadriceps te controleren. Indien de hamstrings onvoldoende ontwikkeld zijn is er meer kans op blessures. Er bestaat een ideale balans tussen de quadriceps en de hamstrings om blessures te voorkomen. 

Verder is ook opwarmen tijdens de rust belangrijk. Dit oefent een gunstige invloed uit op de snelheid in de tweede helft. Juventus maakt hier bijvoorbeeld al gebruik van.

Of iemand als Joos Valgaeren hierdoor minder geblesseerd zal zijn is moeilijk te voorspellen, aldus Van Winckel. Het is moeilijk om over individuele gevallen te spreken. Er is wel 70 à 80% kans om spierblessures te voorspellen en er dus iets aan te doen. Het doel is om in drie jaar het aantal spierblessures te halveren.