Analyse Club Brugge; Mentaliteitsprobleem blijft

Thomas Dubois
| 0 reacties
Club Brugge; Mentaliteitsprobleem blijft
Foto: © SC

Club Brugge prijkt na de heenronde op een vierde plaats. Slechts op de vierde plaats, en dan nog samen met Standard. Club Brugge heeft 31 punten, twee minder dan AA Gent dat op speeldag 1 een 5-0 voor de broek kreeg van Club Brugge. AA Gent deed enkel maar beter, voor Club ging het van kwaad naar erger. Europees kon het niets verrichten, in de beker was het ook maar matig en in de competitie is het wisselvalligheid troef voor de troepen van Emilio Ferrera. Vooral in de toppers voetbalde Club Brugge heel goed, maar het kon het nooit afmaken. Op Anderlecht werd er verloren, op Genk speelde het gelijk. In de laatste thuiswedstrijd van het seizoen speelde Club 4-4 gelijk tegen Standard nadat het 4-1 voorstond. Het fluitconcert achteraf was dan ook vrij terecht.
 
Mentaliteitsprobleem
Club zit met een mentaliteitsprobleem. Twijfel niet aan de kwaliteiten van de kern, die zijn er. Daar ligt het niet aan. Ook niet aan de trainer, die dreigt nu enkel het slachtoffer te worden van de verdeeldheid in z’n rangen. Ook de schuld op Marc Degryse steken zou grotendeels fout zijn. Met z’n laatste inkopen bewees hij dat hij weet waar het schoentje nijpt. Met Priske, Salou en Daerden kwamen er drie karakterkoppen met de Club-mentaliteit. Niet zagen, maar voetballen. Club heeft grote plannen, het wil een nieuw stadion zetten in Zedelgem, het wil groeien, financieel en sportief. Maar het verliest daarbij z’n authenticiteit uit het oog. De blauw-zwarte geest, het vechten voor elkaar, één voor allen, allen voor één. Dat is er niet meer.
 
Er leek nochtans geen vuiltje aan de lucht. De Brugse Metten werden met een goed gevoel afgesloten en op speeldag 1 werd AA Gent in Jan Breydel van het kastje naar de muur gespeeld. Nieuwkomer Daerden scoorde en iedereen was gelukkig. Alhoewel. Één week later zakte Club af naar buur Roeselare om er in broeierige omstandigheden z’n tweede wedstrijd af te handelen. De speelgerechtigde Priske kwam meteen in de basis en ging mee ten onder op Schiervelde waar Club een erbarmelijke vertoning gaf, het stond een kwartier voor tijd 3-0 achter. Ongezien. Gelukkig voor Club was er Yulu Matondo die z’n waarde toonde, hij bracht Club ei zo na terug dankzij twee fraaie doelpunten in enkele minuten tijd, Salou kopte nog op de paal, maar het bleef 3-2. Het toonde aan dat alles toch niet zo snor zat bij Club.
 
Scoreloos tegen Bergen
Veertien dagen later ging Club ten onder op Anderlecht, maar daar presteerde het nog goed, het had alleen pech. De week erop waren er geen excuses. Degradatiekandidaat Bergen speelde 0-0 gelijk in Jan Breydel. De toeschouwers kregen een wanvertoning te zien en zagen hoe het geheel van Club Brugge uit los zand bestond. Dat zag ook voorzitter Michel D’Hooghe, hij liet z’n kritiek openlijk horen. Dat wierp z’n vruchten af. Een week later stond een herrezen Club op het veld in Sint-Truiden. Op karakter en vechtlust, de twee kenmerken bij uitstek van Club, haalde het een verloren situatie op in de slotfase. De grote man was Bosko Balaban. De schande in Kroatië, dé held van Club Brugge. Een leider en een plotselinge voorbeeldfiguur. Hij trapte in de laatste seconde de 2-3 tegen de netten. Een week later deed Club hetzelfde, Gaetan Englebert trapte het leer in de allerlaatste seconde in doel. Club plots opnieuw onder de mensen.
 
De euforie duurde totdat Club op speeldag 11 naar Lokeren moest. Daar verloor het met 3-2 en de oude kwaaltjes doken opnieuw op. Club opnieuw met beide voeten op de grond. Club werd opnieuw wakker geschud met een positief resultaat. Het zette nogmaals een goede reeks neer en tot aan de wedstrijd tegen Standard voetbalde het uitermate goed. Ook tegen Standard werd er goed gevoetbald. Meer zelfs. De eerste helft van Club Brugge tegen Standard mocht gerust gecatalogiseerd worden onder het mom van ‘champagnevoetbal’. Onder impuls van een sterke Balaban en Van Heerden liep Club uit tot 4-1. Het was feest in Brugge. Inderdaad, was. Toen stuurde Preud’Homme z’n luchtmacht naar voor. Het wapen bij uitstek door het ontbreken van de geblesseerde Philippe Clement. Dat leverde nog drie doelpunten op. Waarvan de gelijkmaker in de laatste minuut. Een week later verloor Club tegen stadsgenoot en ‘kleine’ zus Cercle. Een winterstop in uiterste mineur. Club toonde zich in iedere topper –nationaal en Europees- de betere, maar won geen enkele keer. Een teken aan de wand voor Club.
 
Rotte appels
Het rapport van Ferrera werd opgemaakt voor de wedstrijd tegen Cercle, en maar best ook. De winterstop bracht soelaas voor heel wat spelers. Dufer werd uitgeleend, net als Roelandts die al een tijdje bij de reserven mocht meedoen nadat hij op televisie niet al te fraaie kritiek uitte op Priske, hij verving sinds Roeselare De Cock die afgedaan heeft bij Club en die nu aan het zoeken is naar een andere Club. Priske heeft door heel wat extrasportieve zaken een lange aanpassing gehad, maar toonde zich toch al een blok in de Brugse verdediging. Wel is het opvallend dat hij –hoewel vaak vrijstaand- maar weinig aangespeeld wordt door Maertens en Englebert, toch de twee dichtste spelers. Dat terwijl Gvozdenovic –vervanger van de geblesseerde Klukowski- veel meer ballen krijgt van laatstgenoemde spelers. Toeval of niet, positief is het niet voor het Brugs spelpeil. Er broedt iets onderhuids bij Club Brugge en de resultaten beteren best of de bom ontploft.
 
Het is dan ook geen cadeau voor Emilio Ferrera om nu zondag naar Gent te trekken. Het zou wel eens een déjà vu kunnen worden voor Club en zijn supporters. Vorig jaar zat Club ook in een sportieve malaise toen het naar Gent ging. Het kreeg een stevige 4-1 om de oren en ‘Sterke Jan’ Ceulemans mocht plots z’n koffers pakken. Hetzelfde lot zou Ferrera na zondag ook wel eens beschoren kunnen zijn. Zondag staat voor Club dé belangrijkste wedstrijd van de terugronde op het programma. Afhaken of vastklampen in de hoop dat er beterschap komt. Transfers zijn er nog niet. Degryse is bezig met Hoefkens, maar dat is nog verre van zeker. Verder tast de sportleider af. De verdediging is de enige plaats waar versterking zich nu eventueel opdringt.
 
Superbosko
In de aanval zit het wel snor met Balaban die het seizoen van z’n leven speelt, hij is een man van alles of niets, maar dit seizoen is het toch al vaak alles geweest. Er zijn weinig spelers in de hoogste klasse met zo’n heerlijke vrije trap. Dit seizoen was het in de competitie al elf keer ‘Boskotime’, dat is slechts één doelpunt minder dan topschutter Mémé Tchité van Anderlecht. Salou begon aarzelend, maar toonde naar het einde toe toch dat  hij de ideale man is naast Balaban. Jammer voor Yulu Matondo die ook al mooie dingen liet zien en wel een basisplaats verdient. Op het middenveld zijn er twee certitudes; Blondel en Vermant. Daarnaast moet Ferrera kiezen tussen Daerden, Van Heerden en Englebert. Drie spelers voor twee posities. Een luxeprobleem.
 
Het is voor Club gewoon een zaak om de kopjes in dezelfde richting te krijgen en om meer mentale weerbaarheid te kweken. In Brugge geloven ze niet in het heil van een psycholoog zoals bij Anderlecht, maar voor sommige problemen zou het best een goede oplossing zijn. Club moet opnieuw opstaan wil het nog iets maken van dit seizoen. Het heeft negen punten achterstand op Genk en zes op Anderlecht. Een grote, maar geen onoverbrugbare kloof. Het is aan Club om te tonen dat het nog steeds kan schitteren, anders wacht opnieuw een heuse anticlimax.
        
Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

Jupiler Pro League

Nieuwste reacties